Participatie in coronatijd: de Mispellaan

Voorjaar 2020. Tweemaal bezorgden we 3400 brieven, huis aan huis in de hele wijk.  We belden aan bij een aantal omwonenden. We zetten het voorlopig ontwerp op internet, net als een aantal ideeën voor de groene recreatiezone die mensen konden liken op De Stem van Groningen. Met de belofte dat we ons sterk maken voor de ideeën die de meeste likes zouden krijgen. Maar terwijl de trein al reed daagde het besef dat wat er ook maar gaat komen in de groene recreatiezone, afgestemd moet zijn op wat elders  in de wijk gaat gebeuren met de openbare ruimte. Anders krijgen die hangjongeren nooit een plek.

Zonder corona was meedenken, meepraten en meedoen met betrekking tot de Mispellaan in Selwerd al best ingewikkeld. De straat is van niemand en van iedereen: er wonen weinig mensen maar de straat maakt wel deel uit van een groen ommetje, al dan niet met de hond. De wijk heeft 88 nationaliteiten, een hoog percentage laaggeletterden en werklozen, in veel huishoudens is sprake van armoede, schulden en een ongezonde leefstijl. Maar er zijn ook een paar gegoede  ‘witte’ stukjes. Daar wonen voornamelijk ouderen die vaak al heel lang in Selwerd wonen.

In 2018 is in Selwerd een grootschalig wijkvernieuwingsproces gestart, met als thema’s Gezondheid & Geluk, Betaalbaar & Duurzaam Wonen, Een Groene & Veilige Buurt en Meedenken, Meepraten, Meedoen. Er wordt gesloopt en nieuw gebouwd, de openbare ruimte krijgt een facelift en ook de armoede, eenzaamheid, werkloosheid en schuldenproblematiek wordt aangepakt. Samen met de bewoners.

Zo stelden we het ons voor

De Mispellaan maken we onderdeel van een groene route door de wijk, bedachten de ontwerpers. Niet uit de lucht gegrepen, maar nauw aansluitend bij eerder opgehaalde ideeën van bewoners. ‘Groen waar je wat kunt doen’, is een grote wens. De ontwerpers creëerden op de plattegrond aan de vijverkant een groene recreatie-zone. Plannen voor de nadere invulling zouden idealiter in co-creatie met een groepje bewoners gemaakt worden. In een zaaltje met een stuk of dertig bewoners in gesprek gaan over het wat precies en voor welke doelgroep, vanuit een gezamenlijk belang. Om tafel met plattegronden, inspirerende afbeeldingen en post-its in allerlei kleuren. Daarna in het ontwerpershol de oogst verwerken tot een paar grove schetsen en vervolgens samen met een groepje geïnteresseerde en gemotiveerde ‘afspiegeling van de wijk’ te gaan wikken en wegen. Kansen en knelpunten inventariseren, perspectieven van ouderen, jonge gezinnen, kinderen en hangjongeren meenemen. Om zo samen tot een Definitief Ontwerp te komen. Harde deadline: 31 mei 2020.

De lockdown

En toen was het maart 2020. We konden we niet meer bij elkaar komen. Toch moesten we door. Online dan maar, met audio’s in drie talen, en wie  bereik je dan in een wijk met veel armoede – want geen computer, geen internet of heel weinig data. Dus alle communicatie kwam ook op papier, al werpt dat weer een hoge drempel op voor laaggeletterden en anderstaligen.

Zeven actieve bewoners

De eerste 3400 brieven leidden tot 200 unieke bezoekers van de Mispellaan-pagina op de dag van bezorging en de dag daarna. Twintig bewoners vulden de enquête in, tien wilden meedenken in een Zoom-sessie en dat werden er uiteindelijk vijf, in een tweede sessie sloten nog twee anderen aan. Zo op het oog met Nederlandse roots – 87 nationaliteiten deden niet mee. Een groepje van mondige mensen met een behoorlijke ontwikkeling, wél van verschillende leeftijden, welstand en uit verschillende delen van de wijk. Detail: niemand woont in de Mispellaan.

De sessie moest leiden tot een selectie van realiseerbare opties voor de groene recreatie-zone. Die opties zouden we op De Stem van Groningen voorleggen aan de hele wijk, om te zien welke opties op draagvlak konden rekenen. De Stem van Groningen is het digitale participatieplatform van de gemeente.

Tijdens deze twee sessies doken twee thema’s steeds weer op: ‘angst voor overlast door hangjongeren’ en ‘voor de iets oudere kinderen en de jeugd is er niets te doen’. Zo ontstond ter plekke het idee om een integraal speel- en chillplekkenplan te gaan maken voor de hele wijk – met bewoners.  Zodat het voor iedereen fijn is om in Selwerd te wonen.

Inzet van De Stem van Groningen

Maar zo’n plan is een heel proces en ondertussen tikte de tijd door en de website De Stem van Groningen moest gemaakt en gevuld. Mensen konden hun voorkeur aangeven voor een vlonder oost of een vlonder west en daarnaast een aantal realiseerbare ideeën voor de invulling van het gebied liken. En dat kon ook op papier. Op 3400 adressen viel weer een brief op de mat, met plaatjes. Op 25 mei om 7.00 uur telde De Stem van Groningen vijftig stemmers. Het meest favoriete idee telde 33 likes. Tel daarbij de reacties op papier op van zo’n 26 bewoners en dan kom je op het aardige aantal van 76 mensen. Zoveel hadden we er live in een zaaltje nooit gekregen én je kunt verwachten dat onder de online-populatie aardig wat dertigers en veertigers zitten – een doelgroep die we op een live bijeenkomst niet vaak zien.

Representatief?

We hebben op De Stem van Groningen de belofte gedaan dat we ons sterk gaan maken voor de ideeën die de meeste likes zouden krijgen. Is de top vijf van meest favoriete ideeën een goede afspiegeling van de wensen van de bewoners?

Op het eerste gezicht lijkt de uitslag haaks te staan op wat we eerder ophaalden uit de wijk, samen te vatten als ‘groen waar je wat kunt doen’. De kijkgroenthema’s wilde bloemen en waterplanten staan met stip bovenaan, gevolgd door voorzichtige belevingsthema’s in de vorm van bankje, slingerpad, vlonderpad en eetbaar groen. Activiteiten voor wat oudere kinderen zoals een beleefplek en natuureducatie, scoren een stuk minder. Maar het zijn wel 76 mensen die meedenken hè? Om het in verhouding te zien: op 19 oktober zaten tachtig bewoners live bij het wijkgesprek over het hot item veiligheid.

De basisontwerpen met het vlonder oost en het vlonder west halen een vrijwel gelijk aantal likes en oogsten kritiek van omwonenden die langskomen bij Sunny Selwerd’s Woonwagen en op Facebook. Men is erg bang voor overlast.

Van groot naar klein

Is de angst voor overlast door de jeugd groter dan de wens om van dit stukje Selwerd een spannende groene trekpleister te maken voor de hele wijk? Of vinden bewoners deze plek niet zo geschikt om mensen te ontmoeten, te sporten, te leren van de natuur en te spelen? Tijdens de zoom-sessie met de zeven bewoners werd duidelijk dat die de groene recreatiezone toch vooral willen blijven zien als gebied waar je doorheen komt en niet (lang) blijft, en al helemaal geen plek voor kinderen en jongeren. Maar die moeten wel een plek krijgen. Dat geeft aan de ontwikkeling van een speel- en chillplekkenplan de nodige urgentie. Eerst dus een integrale visie voor de hele wijk, daarna pas de invulling en niet andersom: een ijzeren ontwerperswet. Een door omstandigheden afgedwongen herinrichting van een tracé dwars door de wijk terwijl die visie nog in de maak is, is niet ideaal.

First things first

De casus Mispellaan laat ook zien dat de wijkverbetering Sunny Selwerd een proces van jaren is. Je kunt alleen samen met bewoners prachtige plekken realiseren als er vertrouwen in hebben dat die plekken schoon, heel en veilig zullen blijven. First things first. Ontwerp in co-creatie moet hand in hand gaan met zichtbare, intensieve investeringen in stadsbeheer en jeugd- en jongerenwerk. Laat het koppelen van thema’s nu juist de essentie van Sunny Selwerd Wijkverbetering zijn! Vertrouwen komt te voet en gaat te paard, en in Selwerd is dat vertrouwen bij velen al heel lang weg. Het enige wat we kunnen doen is consequent door gaan, samen met bewoners. Op een gegeven moment mag je hopen dat er een omslagpunt komt.

Tipje van de sluier lichten

Wat nu te doen? Dat Definitief Ontwerp moet er nog steeds liggen over een week. Het mooie van het ontwerpersvak is dat een ontwerp gedrag kan sturen. Hoe, dat kan je niet op papier laten zien. Bewoners zullen de ontwerpers eerst op hun blauwe ogen moeten vertrouwen voordat ze het kunnen ervaren. Dus ontwerpers, trek alles uit de kast! Door in ieder geval de top 5 (of top 3) van likes op te nemen en dat goed te communiceren, laten we zien dat meedenken, meepraten en meedoen zin heeft. Hopelijk stimuleert dat de kat-uit-de-boomkijkers om de volgende keer actief mee te doen. Door het controversiële vlonder (voorlopig) buiten het ontwerp te houden, laten we zien dat we de behoefte aan meer veiligheid in de wijk serieus nemen. En we vragen alle bevolkings- en leeftijdscategoriën om mee te denken over het integrale speel- en chillplekken plan.

Communicatie

De uitkomst van de like-campagne hebben we gecommunicereerd. Maar belangrijker was de communicatie met bewoners en professionals over het proces. Waarom we het zo hebben aangepakt. Voor welke keuzes we stonden. Waarom de oogst is zoals die is en welke knelpunten we samen met bewoners moeten oplossen om van Selwerd een wijk te maken waar iedereen wil wonen.

Dat verhaal moet keer op keer verteld worden, in de verwachting dat meer bewoners gaan aanhaken, meedenken, meepraten en gaan meedoen om de wijk te verbeteren. Van woorden naar daden!  Die vervolgens weer leiden tot hopelijk heel veel positieve ervaringen. De wijkvernieuwing staat nog maar aan het begin.

Vlak voor zomervakantie 2020 lag er dit definitieve ontwerp. Meer informatie: www.sunnyselwerd.nl/mispellaan

Verhalen vangen kan een hele toer zijn

Het duurde wel even voor Joy en Daisy ‘ja’ tegen me zeiden. Zij in de krant? Dat vonden deze extraverte dames een beetje too much. Ze hadden er aanvankelijk geen vertrouwen in en wierpen steeds nieuwe drempels op.
Als je verhalen wilt vangen, heb je soms een ijzeren geduld nodig. Mensen moeten voor jou uit hun comfortzone willen komen en dat kan tijd kosten. Maar dat levert veel moois op!

Tip 1: houd het veilig en laagdrempelig. “We gaan gewoon wat praten en dan zien we wel”, zei ik tegen Joy en Daisy. Ik legde uit dat zij zelf mochten bepalen of het gepubliceerd zou worden. Zij hielden de regie en niet zo’n klein beetje ook! Na wat bemiddeling door buurtregisseur Daan was het gesprek uiteindelijk zo gepiept maar de foto… Dan had de een weer pukkels, dan moest de ander met spoed naar de kinderen, of bleken ze ineens allebei vertrokken naar een bouwmarkt.


Tip 2: houd vol! Wie a heeft gezegd moet b zeggen. Joy en Daisy hadden ingestemd en zeiden nog steeds geen ‘nee’. Ze zagen gewoonweg niet in hoe belangrijk een foto bij een verhaal is. Op een dag waren ze het zat om me te ontwijken. Ik geloof dat ik toen wel 30 foto’s heb gemaakt.


Tip 3: klungel en maak grapjes. Deze tip was bij Joy en Daisy niet echt nodig. Slap van het lachen en bekken trekkend kwamen ze uiteindelijk tot deze foto. Meestal haalt geklungel met techniek de spanning er wat af. Benoem je onhandigheid, lach jezelf een beetje uit en laat ze meelachen. Je staat niet op een voetstuk maar bent een van hen: dat is wat het uitstraalt.

De Pantoffel-aanpak, heeft iemand deze benadering eens genoemd. Het resultaat: bijvoorbeeld dit mooie, ongekuiste en persoonlijke verhaal van Joy en Daisy:


Daisy: “Toen mijn moeder nog bij ons woonde, werkte ik. Eerst in de schoonmaak, later in de zorg en bij Toezicht en Veiligheid in de binnenstad. Oma was thuis voor mijn kindertjes. Toen ze twee jaar geleden overleed, kwam er heel veel op mijn schouders. Dus ben ik gestopt met werken, terwijl ik eigenlijk wel een bezig bijtje ben. Maar om weer op de normale arbeidsmarkt te komen… je werk pak je niet zomaar op. Ik ben ook nog moeder van vijf kinderen en oma, dat is een hele organisatie. Maar op het Wijkbedrijf werk ik zestien uur in de week zonder die volle lading werkdruk. Ik hoef ’s maandags pas om 8.45 te beginnen en dan sta ik hier al om 8 uur koffie te zetten, de vaatwasser leeg te ruimen en de was op te vouwen, terwijl dat helemaal niet mijn taak is -Joy en ik zijn gastvrouw. Maar het is gewoon zo leuk, de sfeer is fijn. Hier werken geeft me een gevoel van eigenwaarde… ach nou lijkt het net of ik geen zelfvertrouwen heb. Dat is het niet. Maar dat je weer een functie hebt in een werksituatie, dat je meedoet… dáár gaat het om. En als ik hier in het Wijkbedrijf ben hoor ik wat er allemaal voor plannen zijn voor de wijk, wat er gebeurt. En weet je, daar hoor ik dan bij.”
Joy: “Ik dacht: hee, ik ben niet alleen moeder, ik wil ook wat voor mezelf. Want op een gegeven moment gaan ze naar school en alles waar je heel druk mee bezig was – halen, brengen en organiseren, dat valt dan in een klap weg. Ik wil niet stilzitten, want dan word ik helemaal gek. Ik wilde weer naar school, maar werd afgewezen: te lang thuis gezeten. Dan weten ze namelijk niet of ze erop kunnen vertrouwen dat je het afmaakt. Je moet eerst laten zien dat je gemotiveerd bent. Maar ja, ik heb vier kinderen waarvan twee veel extra zorg nodig hebben. Dus ben ik gaan zoeken naar een participatiebaan. Via Saaksumborg kwam ik eerst bij een school terecht, maar daar had ik soms dagen niks te doen. Zat ik daar met mijn armen over mekaar. Geen aanspraak, helemaal niks. Dat was niet wat ik zocht. Daarna kwam ik in het Wijkbedrijf. Ik zit hier echt op mijn plek. Daisy en ik zijn aangenomen om mensen te ontvangen en de telefoon aan te nemen, maar we doen van alles hier. Vandaag bijvoorbeeld heb ik de telefoon de hele dag nog niet gezien.”
Daisy:“Zelfs als we niet aan het werk zijn, hebben Joy en het er de hele tijd over wat we nog meer kunnen doen. We vinden het ontzettend leuk om dingen te organiseren. Een bedrijfsuitje naar Borkum voor het Wijkbedrijf maar ook de Burendag voor de wijk.”
Joy: “Kijk, een participatiebaan is voor twee jaar. Het is het doel dat we straks doorstromen naar scholing of werk. Ik heb al een opleiding aangeboden gekregen maar ik twijfel nog. Ik zie mezelf niet vijf dagen in de week in de schoolbanken zitten. Ik wil leren én werken, en mijn ervaring kunnen gebruiken. We maken er grapjes over dat we best een evenementenbureau kunnen beginnen, en daar denken we stiekem serieus over na. We hebben het er in het Wijkbedrijf al over gehad.”

De namen Joy en Daisy zijn om privacyredenen niet hun echte namen.

“En als ik hier in het Wijkbedrijf ben hoor ik wat er allemaal voor plannen zijn voor de wijk, wat er gebeurt. En weet je, daar hoor ik dan bij.”

Laat het verleden voor je werken!


Succes wil je natuurlijk vieren! 

Er is een mijlpaal bereikt en dat mag de hele wereld weten. Je wilt je klinkende resultaat laten zien aan relaties, klanten, je medewerkers natuurlijk en misschien ook wel het grote publiek. Maar nog veel liever zou je willen vertellen wat je nieuwe plannen zijn.

Onze tip: gebruik het verleden – de weg naar die schitterende mijlpaal – om de toekomst neer te zetten. Schets de weg die je hebt afgelegd, laat zien hoe veel je er voor hebt gedaan en hoe je steeds voortbouwde op het verleden. Hou het verhaal wel menselijk en invoelbaar. Vertel wat je vertrekpunt was. Het knelpunt, het inzicht en de weg naar de oplossing. Wie je nodig had, wie er meehielp en wat hun persoonlijke drijfveren waren. Je toekomstplannen krijgen op die manier een vanzelfsprekendheid die ze vaart en impact geeft.

Vervolgens laat je zien wat jouw resultaat betekent, nu en in de toekomst. Het is sterk als je dat verhaal laat vertellen door de mensen ‘voor wie je het doet’. Wat betekent het voor hen? Zo laat je zien dat jouw organisatie van waarde is voor de samenleving. Daarna hoef je je toekomstvisie en plannen alleen nog maar in te koppen.

En je kunt verder gaan. Je geschiedenis is een schatkist als het gaat om het ontdekken van het DNA van de organisatie. Onze ervaring is dat huidige waarden en doelen – ‘waartoe zijn wij op aarde’ – vaak al zo oud zijn als de organisatie zelf, ook als ze nog maar kortgeleden zijn geformuleerd. Door te laten zien hoe de organisatie al die jaren vorm heeft gegeven aan dezelfde waarden en doelen creëer je nog meer impact. Het geeft statuur. Al helemaal in het buitenland, waar traditie en leeftijd in nog veel meer in aanzien staan dan bij ons.!

Een veelzeggend voorbeeld, wel van wat langer terug. In 2015 bestond De Friesland Zorgverzekeraar 200 jaar. Dat moest herdacht worden met een mooi boek. Een paar jaar eerder had ik voor hen de geschiedenis van de ziekenfondsen in Friesland onderzocht. Dat had een mooi boek opgeleverd – maar bijna niemand in de organisatie wist dat nog. Zo gaat dat nou eenmaal in de hektiek van alledag. Men was blij toen men ontdekte dat die organisatiegeschiedenis al op papier stond. Alleen de laatste jaren moesten worden aangevuld. Louwke en ik lazen strategische beleidsplannen, nieuwe koersen en interviewden toenmalig topvrouw Diana Monissen. De boodschap van dat moment was duidelijk: De Friesland haalt het onderste uit de kan om de zorg betaalbaar, toegankelijk en dichtbij te houden, in samenspraak met verzekerden en zorgaanbieders.

Was die boodschap nieuw? Hoe dachten de vele rechtsvoorgangers van De Friesland eigenlijk over hun maatschappelijke opdracht? Eerlijk is eerlijk, we vonden een paar fondsen die primair opgericht waren op artsen van voldoende inkomen te voorzien. Maar het merendeel vond dat goede gezondheidszorg nu eindelijk bereikbaar moest worden voor de gewone man. Niemand mocht bij ziekte meer aan de bedelstaf raken, vonden bijvoorbeeld de oudste fondsen Regt door Zee (1815), Sneek en Omstreken (1844) en Eendracht maakt Macht (1895).
Een sociale zorgverzekeraar willen zijn, een zorgverzekeraar met een menselijk gezicht: dat zit dus al 200 jaar in het DNA van De Friesland Zorgverzekeraar. Daarmee bracht het gedenkboek Twee eeuwen De Friesland Zorgverzekeraar een krachtige boodschap.

Je geschiedenis maakt duidelijk wie je bent en waar je voor staat. Ook aan jezelf. Besef van waar je vandaan komt en wat je heeft gevormd, geeft een diepere laag aan de waarden van een organisatie. Het geeft een organisatie smoel en identiteit, en maakt het tot een club waar je bij wilt horen, waar je zaken mee wilt doen, waar je klant wilt zijn. Deze verborgen schat ligt er. Maak er gebruik van!

De Schrijfprofs hebben de expertise om die geschiedenis boven water te halen. In woord en beeld. En die kennis willen we graag met je delen. Neem gerust contact op met Louwke of Helma voor een verkennend gesprek.

Storytelling legt de verbinding

Hoe zorg je ervoor dat meer mensen gaan meedoen?

Laat zien wat we aan het doen zijn, is vaak het antwoord. Etaleer! Alle hoop is dan gevestigd op communicatie. Er komt een nieuwsbrief of een website, en berichten op de sociale media niet te vergeten. Bijeenkomsten, nieuwe projecten en bewonersinitiatieven worden positief belicht, wat er gebeurde en wie er kwam. Met hier en daar een kritische kanttekening – prachtig volgens het boekje. Maar de bewoners van Jachtlaan 17 doen nog steeds niet mee. Want nieuwsberichten, feiten en cijfers, daar worden zij niet warm of koud van. We zijn een beetje allergisch geworden voor ronkende PR.

Dus zo moet het niet!

Maar je kunt wel iets anders doen.

Ga aan de slag met storytelling. Want echte verbinding begint met inleven. En dat doen wij mensen het best via verhalen. Authentiek, persoonlijk, menselijk, waargebeurd en verteld vanuit emotie. Dus inclusief de shit en het plezier, de tegenslag en wat hielp om er bovenop te komen. Hoe pak je dat aan?

Het begint met luisteren. Ga luisteren naar de verhalen. Luisteren alleen al zorgt voor verbinding en betrokkenheid. Mensen voelen zich gehoord en gezien. Je krijgt ook verhalen los van een gemeentelijke agenda of de agenda van professionals. Wat vinden mensen écht belangrijk? Het mooie aan die bijvangst is dat je zo echt in de haarvaten komt van een wijk.

Vervolgens is het zaak de verhalen te delen op een platform. Publiceren vergroot trots en kan de kring van betrokkenheid vergroten. Vooral als het verhaal tastbaar en voor iedereen zichtbaar is, en mensen het onder de arm kunne meenemen. Zoals die oude dame die haar huis bijna niet meer uitkwam, maar op een dag met haar breiwerkjes in de buurtkrant stond. Daar was ze zo trots op, de krant ging mee naar de supermarkt, ze liet het de familie zien, de buren….

Verhalen zijn de snelweg naar ons gevoel. We vinden onszelf dan wel rationele wezens, maar 99 procent van onze beslissingen wordt gestuurd door onze emoties. Dus ook we willen meedoen in de participatiesamenleving – of niet.

O ja, storytelling houdt hiermee natuurlijk niet op. De volgende stap is het analyseren van de persoonlijke verhalen, liefst met een groepje betrokken bewoners, professionals, ambtenaren en/of raadsleden. Daar komen thema’s en succesfactoren uit om de betrokkenheid verder te vergroten, maar ook hobbels en vooroordelen… Samen lessen trekken vergroot de betrokkenheid omdat het mensen grip geeft op de situatie. Ze kunnen meewerken aan verandering! Tegelijkertijd zet het onderwerpen op de agenda van bestuurders en professionals: wat is er nodig om de betrokkenheid te faciliteren?

De Schrijfprofs hebben de expertise om die verhalen boven water te halen. In woord en beeld. En die kennis willen we graag met je delen. Neem contact op met Helma of Louwke voor een verkennend gesprek.